VLIEGENDE START NA VLUCHT

In 2013 vluchtte Nibras Abedaala (32) met haar ouders vanuit Irak naar Nederland. Haar zussen en broer volgden later. Haar opleiding tot ingenieur en haar (internationale) rijbewijs bleken hier niet geldig te zijn. Na een jaar gedwongen nietsdoen kon Nibras eindelijk beginnen met het leren van de Nederlandse taal. In drie jaar wist zij zich die taal goed eigen te maken. Haar ingenieursdiploma werd aangepast tot hbo-niveau.’

Het verhaal van Nibras is het verhaal van veel vluchtelingen. De status die ze in hun land van herkomst hadden, blijkt in het land van vestiging niets waard te zijn. Bovendien zijn veel vluchtelingen in ons land gedwongen om niets te doen. Nibras liet het er echter niet bij zitten en meldde zich aan bij de Stichting voor Vluchtelingen UAF. Deze organisatie ondersteunt vluchtelingen bij studie en werk. Via UAF legde ze al aardig wat contacten. Ze kwam – uiteraard – ook bij UWV terecht. ‘Daar kreeg ik het advies om naar ReconnAct te gaan. Zodoende werd ik gekoppeld aan een Jobmaatje, Kaat Appelman. Ik ben heel blij met de begeleiding van Kaat. Ik kan haar bellen of appen als ik iets wil vragen. Ze is er voor me en hielp me bijvoorbeeld bij het vinden van een bedrijf om de opdrachten voor mijn studie uit te voeren. Ze hielp me aan een stage bij Twijnstra & Gudde. Heel leerzaam. Ik keek rond in het bedrijf, ging naar congressen en deed mee aan zakelijke speeddates. Dat was helemaal nieuw voor me. Kaat introduceerde me bij Nina van Arum van Topvrouwen Bouw en Infra. Ook weer heel leerzaam. Ik deed mee aan workshops en leerde zodoende veel andere vrouwen in het bedrijfsleven kennen. Eigenlijk wel een vliegende start.’

Droombaan

Ondanks die vliegende start blijft het voor Nibras moeilijk om de baan van haar dromen te vinden. ‘Taal is echt nog een barrière. En mijn achternaam ook. Als ik schriftelijk solliciteer, gebeurt het maar zelden dat er een uitnodiging komt voor een gesprek. Daarom pak ik momenteel alles aan, baantjes en vrijwilligerswerk. Ik leg gemakkelijk contact met mensen en leer heel snel. Daarom vind ik eigenlijk ook alles leuk wat ik kan doen. Ik hoop dat het niet heel lang meer duurt voor ik een fijne baan vind. Ik wil heel graag succesvol in mijn werk zijn en hoop dat ik werk vind waar ik blij van word. Het liefst zou ik pedagogisch medewerker worden, met kinderen werken lijkt me prachtig. Daar is wel weer een studie voor nodig maar daar zie ik niet tegenop. Mijn toekomst ligt hier. Terug naar Irak is onmogelijk als christen. Misschien vind ik hier wel een Nederlandse partner. Dat zou het toppunt van integratie zijn.’